terug Gaslaser De laserbron bestaat uit een buis waarin een gas wordt rondgepompt. Er is ook een elektrode in de buis geplaatst of om de buis heen, zoals bij de Trumpf machines. Als er door de elektrode een elektrische spanning wordt opgewekt, gaan de gasmoleculen bewegen en versnellen. Deze komen daardoor in een hogere energietoestand, ook wel de ge�xciteerde toestand genoemd. Door deze hoge energietoestand komen er lichtdeeltjes ofwel fotonen vrij. Deze lichtdeeltjes worden in de resonator tussen de spiegels heen en weer geschoten en een deel komt door een halfdoorlatende| spiegel als een lichtbundel naar buiten: de laserstraal.  Het gas, dat de gaslaser gebruikt om de laserstraal op te wekken, is heel vaak koolzuurgas (CO2), waaraan stikstof (N2) en helium (He) is toegevoegd. De CO2-laser is de meest voorkomende gaslaser in de dunne plaat industrie.  Als in de laserbron het gas dwars ofwel haaks op de laserstraal wordt rondgepompt, noemen we dit een dwarsstroomlaser.  Wordt het gas in de laserbron langs ofwel evenwijdig met de laser rondgepompt, dan heet dit een langsstroomlaser.  Een laserbron die gebruikt maakt van een stilstaand CO2-gas, om de laserstraal op te wekken is de diffusie gekoelde laser ofwel de slablaser. � Toepassing De CO2-laser is een echte alleskunner: hij is bij uitstek geschikt voor het lasersnijden. Daarnaast wordt dit type laser ook gebruikt voor het laserlassen en oppervlaktebewerkingen. top volgende |